Oscar Abolafia (1935 – 2020), nazaat van een belangrijke Spaans-Joodse immigrantenfamilie uit de 15e eeuw, groeide op in New York. Zowel hijzelf als zijn broer Louis wisten daar naam te maken: Oscar als fotograaf, Louis als kunstenaar.
Bij het grote publiek verwierven zij samen veel bekendheid toen zijn broer Louis in 1968 opging als ‘Naked Candidate’ voor het Amerikaanse presidentschap. Oscar was verantwoordelijk voor het naaktportret op de campagneposter met de slogan “What have I got to hide?” Ook wisten zij samen kunstenaar Salvador Dalí ervan te overtuigen om live, in een installatie van een plastic bubbel, te schilderen op Lincoln Center (NYC). In 1970 trouwde Oscar in Nederland met zijn Hollandse liefde Joke. Tot op de dag van vandaag wonen zij samen in New York.
Het werk van Abolafia is omvangrijk en divers. Zo was Abolafia aanwezig op beslissende gebeurtenissen die de wereld veranderden, waarbij hij op een indringende en persoonlijke manier de geschiedenis wist te registreren. Met zijn fijngevoeligheid voor sfeer en zijn oog voor detail, wist hij vast te leggen wat voor anderen verborgen bleef. Terwijl zijn portretten van grootheden als Salvador Dalí, Liz Taylor, Jack Nicholson, Bette Davis, Diana Ross, Jimmy Hendrix, Audrey Hepburn en Elvis Presley de toeschouwer een intieme kijk geven in het persoonlijke leven van de geportretteerde, laat het werk, geschoten op premières en feesten, een schitterend tijdsbeeld zien van de glitter en glamour in New York tijdens de roerige jaren ’60 en ’70.
